Job 19:27
27Denwelken ik voor mij aanschouwen zal, en mijn ogen zien zullen, en niet een vreemde; mijn nieren verlangen zeer in mijn schoot. ▼▼ voor mij Dat is, tot mijn best, of tot mijn eeuwige vreugde en zaligheid.
,
▼
,
▼
,
▼▼ verlangen zeer Of, vergaan; te weten van verlangen, dat is, mijn begeerten en genegenheden zijn zo ontstoken tot de aanschouwing van mijn Heere en Zaligmaker, dat zij bijna versmachten, of bezwijken. Het Hebreeuwse woord wordt zo genomen 2Sa 13:39 ; Psa 84:3 , en Psa 119:81-82 , Psa 119:123 , en Psa 139:13 .
,
▼
Copyright information for
DutSVVA