Job 21:11

11Hun jonge kinderen zenden zij uit als een kudde, en hun kinderen huppelen.
 zij uit Te weten, de goddelozen.
,
 kudde, Te weten, van schapen of geiten. Zie van het Hebreeuwse woord Gen 12:16 . De zin is, dat zij veel kinderen hebben, die zich overal in den lande met vermaking der ouders uitbreiden.
,
 huppelen Namelijk, van uitwendige weelde en inwendige vreugde; gelijk het jonge vee gewoon is te doen in vette weiden, die alleszins wel voorzien en bewaard zijn.
Copyright information for DutSVVA