Job 34:14
14Indiën Hij Zijn hart tegen hem zette, Zijn geest en Zijn adem zou Hij tot Zich vergaderen; ▼▼ Zijn hart Dat is, ten nauwste acht op hem wilde nemen, om het hoogste recht tegen hem te gebruiken.
,
▼▼ hem zette, Te weten, den mens. Zie boven, vs.11.
,
▼▼ Zijn geest Dat is, zijn ziel zou Hij van hem door den dood kunnen wegnemen, en alzo in dit leven een einde met hem maken. Vergelijk
Psa 26:9 , en de aantekening.