Job 35:9

9Vanwege hun grootheid doen zij de onderdrukten roepen; zij schreeuwen vanwege den arm der groten.
 Vanwege Elihu schijnt hier te zien op de woorden van Job, boven, Job 24:12 , welke hij ten onrechte alzo zou duiden, alsof Job daarmede God van ongerechtigheid beschuldigd had. Want Job had God zijn eer gegeven, vs.12, en den verdrukten de schuld opgelegd, vs.13.
,
 grootheid Dat is, groot geweld.
,
 zij de onderdrukten Te weten, de goddelozen.
,
 zij schreeuwen Te weten, de verdrukten.
,
 den arm Dat is, het geweld en den overlast. Vergelijk en zie boven, Job 22:8 .
,
 groten Dat is, der machtigen en geweldigen.
Copyright information for DutSVVA