Job 9:7

7Die de zon gebiedt, en zij gaat niet op; en verzegelt de sterren;
 de zon Hebreeuws, tot de zon zegt. Zeggen, of spreken, voor gebieden. Zie 2Ch 29:24 .
,
 zij gaat niet op; Te weten, gewoonlijk, zolang de nacht over den horizon van een land duren moet, of buitengewoon als het God belieft in den loop der zon verandering te brengen; Jos 10:12 , en 2Ki 20:11 .
,
 verzegelt Te weten, door het licht des daags, hetwelk de sterren verbergt, even gelijk door een zegel het ingeslotene verborgen wordt, dat men het niet zien kan. De zin is, dat God den dag maakt; gelijk in het eerste lid van vs.7 Hem toegeschreven wordt het maken van den nacht. Of men kan het verstaan van buitengewone en wonderbare verduistering of ophouding van het licht der sterren. Alzo wordt het woord zegelen genomen, Isa 29:11 ; Dan 9:24 , en Dan 12:4 , Dan 12:9 .
Copyright information for DutSVVA