Joshua 2:1
1Jozua nu, de zoon van Nun, had twee mannen, die heimelijk verspieden zouden, gezonden van Sittim, zeggende: Gaat heen, bezichtigt het land en Jericho. Zij dan gingen, en kwamen ten huize van een vrouw, een hoer, wier naam was Rachab, en zij sliepen daar. ▼ , ▼ , ▼▼ Jericho Jericho werd naderhand toegedeeld de stam van Benjamin; omtrent honderd vijftig stadiën van Jeruzalem, zestig van de Jordaan. Dit is de eerste stad, die de Israëlieten met geweld hebben aangetast. Zij was gelegen in een effen vruchtbaar land, waar vele palmbomen wiessen, waarvan zij de palmstad genoemd wordt; Deu 34:3; Jdg 1:16; 2Ch 28:15.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA