Joshua 2:10-11

10Want wij hebben gehoord, dat de Heere de wateren der Schelfzee uitgedroogd heeft voor ulieder aangezicht, toen gij uit Egypte gingt; en wat gijlieden aan de twee koningen der Amorieten, Sihon en Og, gedaan hebt, die op gene zijde van de Jordaan waren, dewelke gijlieden verbannen hebt.
 verbannen hebt Zie Deu 2:34.
11Als wij het hoorden, zo versmolt ons hart, en er bestaat geen moed meer in iemand, vanwege ulieder tegenwoordigheid; want de Heere, ulieder God, is een God boven in den hemel, en beneden op de aarde.
 zo versmolt ons hart, Dat is, wij hebben al onzen moed of courage verloren. Zie deze manier van spreken ook Jos 5:1, en Jos 7:5; Deu 1:28, en Deu 20:8; Isa 13:7; Eze 21:15; Nah 2:10.
Copyright information for DutSVVA