Lamentations 2:9

9

Teth

. Haar poorten zijn in de aarde verzonken; Hij heeft haar grendelen verdorven en gebroken; haar koning en haar vorsten zijn onder de heidenen; er is geen wet; haar profeten vinden ook geen gezicht van den Heere.
 in de aarde verzonken; Alzo dat de vijanden een vrijen pas daardoor gekregen hebben om in de stad te komen.
,
 haar grendelen Dat is, alle sterkten en sloten, zodat zij nu geen geweld kunnen tegenstaan.
,
 haar koning en haar vorsten Dat is, zij moeten nu leven en verkeren onder de volken, die den waren godsdienst vijand zijn.
,
 er is geen wet; Anders: de wet is niet meer; dat is, zij hebben geen gewone oefening hunner religie, door den dienst der priesters en Levieten; want van de profeten wordt straks gesproken.
,
 vinden ook geen gezicht van den HEERE Dat is, zij hebben ook zo overvloedige openbaringen niet als zij plachten te hebben; zie Psa 74:9 .
Copyright information for DutSVVA