Leviticus 14:4-7

4Zo zal de priester gebieden, dat men voor hem, die te reinigen zal zijn, twee levende reine vogelen neme, mitsgaders cederenhout, en scharlaken, en hysop.
 vogelen neme, Het Hebreeuwse woordje betekent in het algemeen een vogel, Deu 4:17; Psa 8:9, in het bijzonder een kleinen vogel; en onder anderen een mus, gelijk het van velen genomen wordt; Psa 84:4, en Psa 102:8.
,
 scharlaken, Versta, enige stof, als wol, die in de scharlaken verf tweemalen ingedoopt is. Zie Gen 38:28; Exo 25:4.
,
 hysop Zie Exo 12:22.
5De priester zal ook gebieden, dat men den ene vogel slachte, in een aarden vat, over levend water.
 vat, In hetwelk het bloed van den geslachten vogel druipen moest, en met het water vermengd worden.
,
 levend water Versta, dat uit een springende fontein, of lopende rivier moest genomen worden, en levend genaamd wordt, omdat het in het vloeien zich roert, alsof het leefde; Gen 26:19, en de aantekeningen daarop.
6Dien levenden vogel zal hij nemen, en het cederhout, en het scharlaken, en den hysop; en zal die, en den levenden vogel dopen in het bloed des vogels, die boven het levende water geslacht is. 7En hij zal over hem, die van de melaatsheid te reinigen is, zevenmaal sprengen; daarna zal hij hem rein verklaren, en den levenden vogel in het open veld vliegen laten.
 open veld vliegen laten Hebreeuws, over het aangezicht des velds uitzenden of loslaten.
Copyright information for DutSVVA