Leviticus 19:31

31Gij zult u niet keren tot de waarzeggers, en tot de duivelskunstenaars; zoekt hen niet, u met hen verontreinigende; Ik ben de Heere, uw God!
 waarzeggers, Of, tot de waarzeggende geesten; want het woord betekent zowel de geesten, die over onbekende en verborgen dingen ondervraagd zijnde, antwoord gaven, zoals de waarzeggers, zo mannen als vrouwen die de geesten vraagden om antwoord te verkrijgen. Zij worden wel naar het algemene gebruik waarzeggers genoemd, maar zijn dezen naam inderdaad onwaardig, omdat zij menigmaal valsheid antwoorden, en de waarheid niet dan om te bedriegen en schade te doen. Zie van deze ook onder, Lev 20:27; Deu 18:11; 1Sa 28:3, 1Sa 28:9, 2Ki 21:6; 1Ch 10:13; Act 16:16.
,
 duivelskunstenaars; Het Hebreeuwse woord komt van weten, omdat deze lieden zich beroemden en uitgaven veel te weten, namelijk niet alleen wat geschied en anderen onbekend was, maar ook wat nog geschieden zou, en hiertoe ijdele en duivelse kunsten gebruikten. Zie van deze ook onder, Lev 20:6, Lev 20:27; 1Sa 28:3, 1Sa 28:9; Isa 8:19.
Copyright information for DutSVVA