Leviticus 8:2

2Neem Aäron en zijn zonen met hem, en de klederen, en de zalfolie, daartoe den var des zondoffers, en de twee rammen, en den korf van de ongezuurde broden;
 de klederen, Versta, de heilige en priesterlijke klederen, welke God bevolen had te maken, Exo 28:2, en naar dit bevel zijn gemaakt geweest, Exo 39:1.
,
 de zalfolie, Hebreeuws, olie der zalving; alzo in het volgende. Zie van deze, Exo 30:23-25, en Exo 37:29.
,
 des zondoffers, Dat is, die tot een zondoffer geofferd moest zijn. Zie hiervan en van de volgende dingen, Exo 29:1, enz.
,
 korf van de ongezuurde broden Waarin de ongezuurde of ongedesemde dingen zijn, die men aan God heeft geofferd.
Copyright information for DutSVVA