Luke 1:31-32
31En zie, gij zult bevrucht worden, en een Zoon baren, en zult Zijn naam heten JEZUS. ▼▼ bevrucht worden, Of, in het lichaam ontvangen.
,
▼ 32Deze zal groot zijn, en de Zoon des Allerhoogsten genaamd worden; en God, de Heere, zal Hem den troon van Zijn vader David geven. ▼▼ genaamd worden; Dat is, inderdaad zijn en van alle gelovigen daarvoor gekend worden, gelijk hierna ook vs.35.
,
▼▼ den troon van Zijn Dat is de koninklijke macht, door welke hier verstaan wordt het geestelijke rijk van Christus, waarvan Davids rijk een voorbeeld was.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA