Micah 3:11

11Haar hoofden rechten om geschenken, en haar priesters leren om loon, en haar profeten waarzeggen om geld; nog steunen zij op den Heere, zeggende: Is de Heere niet in het midden van ons? Ons zal geen kwaad overkomen.
 Hare hoofden rechten Zions en Jeruzalems regenten en rechters. God wil zeggen dat alles in burgerlijke en kerkelijke stand bedorven en om geld te koop was. Verg. Isa 1:23 .
,
 geschenken, Hebr. geschenk.
,
 loon, Laten zich omkopen, om te leren naar der lieden lust, daat zij van God hun toegelegd onderhoud hadden, en zonder aanzien van mensen Gods woord behoorden voor te dragen. Zie Mal 2:6-7 .
,
 profeten waarzeggen om geld; De valse, waarvan boven.
,
 steunen zij op den HEERE, Niet met een heilig vertrouwen, [dat met godzaligheid vergezelschapt is], maar met huichelarij, uit onbeschaamde hoogmoed en ijdele, stoute, vleselijke vermeteldheid. Zie Isa 48:2 ; Jer 7:4 , Jer 7:8-10 . Hoe ondragelijk zulks bij God was, blijkt in vs.12.
,
 Is de HEERE niet in het midden van ons? Dat is toch buiten alle twijfel, willen zij zeggen; niet anders dan of hun God verplicht was, al evenveel hoe zij het maakten.
,
 kwaad overkomen Dat is, ongeluk, elllende, waarvan de andere profeten zoveel hebben te zeggen. Verg. Amo 9:10 .
Copyright information for DutSVVA