Proverbs 11:10

10Een stad springt op van vreugde over het welvaren der rechtvaardigen; en als de goddelozen vergaan, is er gejuich.
 Een stad Dat is, de inwoners ener stad, te weten die wel gesteld is, zijnde voorzien van goede regering en burgerij. Stad voor hare inwoners; gelijk Gen 35:5 ; 1Sa 4:13 ; 1Ki 1:41 ; Isa 14:31 ; Mat 21:10 , enz.
,
 het welvaren Hebreeuws, in het goede; hetwelk men hier verstaan kan van den uiterlijken welstand der vromen. Zie het woord goed alzo genomen, Job 21:13 , en vergelijk de aantekening.
Copyright information for DutSVVA