Psalms 101:5
5Die zijn naaste in het heimelijke achterklapt ; dien zal ik verdelgen; die hoog van ogen is, en trots van hart, die zal ik niet vermogen. ▼▼ achterklapt Hebr. betongt; dat is, met zijne tong kwetst, hetwelk de achterklappers doen. Psa 140:12 , staat: Een man der tong; dat is, een achterklapper.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA