Psalms 120:5

5O, wee mij, dat ik een vreemdeling ben in Mesech, dat ik in de tenten Kedars wone.
 in Mesech, Dat is, onder een onheilig en goddeloos volk, gelijk de nakomelingen van Mesech en Kedar waren. Zie Gen 10:2 , en Gen 25:13 .
,
 Kedars woon Kedar is geweest de zoon van Ismaël, Gen 25:13 , wiens kinderen in het steenachtig Arabië woonden en zich in tenten onthielden; Isa 21:13 , Isa 21:17 .
Copyright information for DutSVVA