Psalms 144:7
7Steek Uw handen van de hoogte uit; ontzet mij, en ruk mij uit de grote wateren, uit de hand der vreemden; ▼▼ van de hoogte uit; Dat is, uit den hemel; gelijk
Psa 18:17 .
,
▼▼ uit de grote Dat is, uit de grote vervolgingen der goddelozen. Zie
2Sa 22:17 .
,
▼▼ der vreemden; Hebr. der kinderen des vreemden: hetzij vreemd van het burgerschap van Israël, of dergenen die in vreemde landen wonen; of dergenen, die David voor hun koning nog niet wilden erkennen, maar hem met Saul vervolgden. Zie
Psa 54:5 . Zie de aantekening bij
2Sa 22:45 .