Psalms 16:3
3Maar tot de heiligen, die op de aarde zijn, en de heerlijken, in dewelke al mijn lust is. ▼▼ heerlijken, Of, voortreffelijken, aanzienlijken; alzo noemt hij de gelovigen en heiligen, omdat zij Gods kinderen en erfgenamen zijn. Van het Hebr. woord, zie boven
Psa 8:2 .