Psalms 23:4
4Al ging ik ook in een dal der schaduw des doods, ik zou geen kwaad vrezen, want Gij zijt met mij; Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij. ▼▼ schaduw Dat is, op schrikkelijk duistere en gevaarlijke wegen, hetwelk David in zijn ballingschap ongetwijfeld dikwijls zal gebeurd zijn. Wat deze manier van spreken verder betekent, is te zien Job 3:5 , en Job 10:21-22 , en Job 24:17 ; Psa 44:20 , en Psa 107:10 , Psa 107:14 :Jer 2:6 enz.
,
▼
,
▼
Copyright information for
DutSVVA