Psalms 26:12

12Mijn voet staat op effen baan; ik zal den Heere loven in de vergaderingen.
 effen Hebr. in, of op het rechte, effene, platte. Alzo wordt het Hebr. woord [betekenende rechtheid, of rechtigheid, gesteld tegen krom, oneffen, Isa 40:4 ] , voor plat, vlak, effen land genomen, Deu 3:10 ; Jer 21:13 .
,
 vergaderingen Hij wil zeggen dat hij, vertrouwende op de goede uitkomst alsof zij voor ogen ware, niet alleen in het geheim, maar ook in het openbaar voor de gemeente, God zal danken, dat Hij hem in zovele gevaren en aanvechtingen naar ziel en lichaam bewaard, en ten aanzien van beide als op een effen en zekere baan zal hebben gesteld.
Copyright information for DutSVVA