Psalms 78:27-28
27En regende op hen vlees als stof, en gevleugeld gevogelte als zand der zeeën; ▼▼ stof In zulk een menigte en overvloed.
,
▼▼ gevogelte Te weten, kwakkelen.
28En deed het vallen in het midden zijns legers, rondom zijn woningen. ▼
,
▼▼ woningen Dit kan men verstaan van Gods tabernakel, waarin verscheidene woningen waren; of van de woningen des volks, die Gods woningen zouden kunnen genoemd worden, om reden gelijk het leger Gods leger.
Copyright information for
DutSVVA