Romans 13:4

4Want zij is Gods dienares, u ten goede. Maar indien gij kwaad doet, zo vrees ; want zij draagt het zwaard niet te vergeefs; want zij is Gods dienares, een wreekster tot straf dengene, die kwaad doet.
 Gods dienares, Dat is, van God gesteld, om als een instrument Gods u te dienen.
,
 u ten goede Dat is, om door dezelve alle goeds u toe te brengen en voor uw welvaren te zorgen. Zie de aantekeningen 1Ti 2:2 .
,
 kwaad doet, Dat is, de goede wetten der overheden overtreedt.
,
 zo vrees; Namelijk van hen daarover gestraft te zullen worden.
,
 draagt het zwaard niet tevergeefs; Dat is, heeft de macht ontvangen om de kwaaddoeners zelfs ook met den dood te straffen, Gen 9:6 ; en laat niet zonder oorzaak het zwaard voor zich dragen, of draagt het aan zijne zijde, om te kennen te geven dat hij zulke macht heeft en die tegen de boosdoeners ook zal uitvoeren.
,
 een wreekster Namelijk van Gods wege, dien de wraak toekomt; Rom 12:19 .
,
 tot straf dengene, Grieks, toorn. Zie dergelijke Mat 3:7 ; Luk 21:23 ; Rom 2:8 .
Copyright information for DutSVVA