Ruth 2:20

20Toen zeide Naomi tot haar schoondochter: Gezegend zij hij den Heere, Die Zijn weldadigheid niet heeft nagelaten aan de levenden en aan de doden! Voorts zeide Naomi tot haar: Die man is ons nabestaande; hij is een van onze lossers.
 den HEERE, Dat is, van den Heere. Vergelijk Gen 24:31, en onder, Rth 3:10.
,
 Die Zijn weldadigheid niet heeft nagelaten Namelijk, Boaz.
,
 levenden Aan u en mij.
,
 doden Mijn verstorven man en beide zonen, zijnde van zijn bloed, om wier wil en gedachtenis hij ons beiden goed heeft gedaan; of, wien hij in hun leven goed heeft gedaan, gelijk hij nu aan ons doet, om hunnentwil.
,
 lossers Dat is, die recht heeft ons erfgoed en personen, vervreemd en verkocht zijnde, vanwege naaste bloedverwantschap te lossen, weder te kopen en vrij te maken, en zelfs ook u ten huwelijk te nemen, naar de wetten, Lev 25:25, Lev 25:47, enz.; Deu 25:5, enz.; Mat 22:24, enz.
Copyright information for DutSVVA