Titus 1:15

15Alle dingen zijn wel rein den reinen, maar den bevlekten en ongelovigen is geen ding rein, maar beide hun verstand en geweten zijn bevlekt.
 Alle dingen Dat is, allerlei spijzen. Want de Joden dreven, dat men in het Nieuwe Testament nog onderhouden moest het onderscheid der spijzen, in het Nieuwe Testament nog onderhouden moest het onderscheid der spijzen, in het Oude Testament bevolen: Lev 11.
,
 rein Dat is, geoorloofd te eten. Zie 1Ti 4:3.
,
 den reinen, Dat is, den gelovigen, wier harten door het geloof gereinigd zijn; Act 15:9.
,
 den bevlekten Dat is, wier harten door het geloof nog niet gereinigd zijn, gelijk het volgende woord ongelovigen nader verklaart.
,
 is geen ding rein, Dat is, gebruiken geen spijs rein, zo het behoort. Of geen onthouden van enige spijs kan hun rein maken.
,
 hun verstand Dat is, de onreinheid is niet gelegen in het uiterlijk onthouden van enige spijs; maar is inwendig in de ziel des mensen en in de krachten daarvan, die in de gelovigen allen onrein en met zonden besmet zijn, hoezeer zij zich van enige spijzen zouden mogen onthouden. Zie Mat 15:11.
Copyright information for DutSVVA